Er nadert een politiewagen, brandweerauto of ambulance met zwaailicht en sirene. Vroeg of laat krijg je er mee te maken. Je gevoel zegt dat je zo snel mogelijk aan de kant moet om het voertuig vrij baan te geven. Maar is dat wel de beste oplossing? En mag je daarbij de verkeersregels overtreden?
Om met die laatste vraag te beginnen: nee, dat mag niet. Hoe graag je het zogenoemde voorrangsvoertuig (politie- en brandweervoertuigen, ambulances en door de minister aangewezen hulpvoertuigen) ook ongehinderd wilt laten passeren, je mag daarbij geen verkeersovertreding maken. Het belangrijkste advies is dan ook: blijf kalm en kijk rustig uit naar een mogelijkheid om ruimte te maken. Je kunt ervan uitgaan dat het voorrangsvoertuig zijn eigen weg vindt.
Hoe je het beste kunt reageren is afhankelijk van de situatie. Zo kies je op de snelweg voor een andere oplossing dan wanneer je op een rotonde rijdt of voor een rood licht staat. Op de website van de ANWB vind je handige tips en adviezen.
Op onderstaande video kun je zien wat je kunt doen.
Wat gebeurt er allemaal in de 8 minuten vanaf het moment dat 112 wordt gebeld tot het moment dat de brandweer voor de deur staat.
Het is half drie ’s nachts. Het is stil in de wijk. Met uitzondering van een paar jonge ouders met baby’s en een enkeling die in ploegendienst werkt, slaapt iedereen. Totdat ineens de brandweer door de straat rijdt, met loeiende sirenes en zwaailichten! Waarom moet dat midden in de nacht met zoveel toeters en bellen?
Brandweerchauffeur Richard: ‘Ik kan me best voorstellen dat dat voor veel mensen storend is. We hebben hier alleen geen keuze in. Wanneer het belangrijk is dat wij zo snel mogelijk ter plaatse zijn, zijn we wettelijk verplicht om de hele rit zowel de sirenes als de zwaailichten te gebruiken. Ook ’s nachts komen we nog steeds verkeer tegen. Veiligheid staat altijd voorop. Laten we de sirenes uit en ontstaat er toch een ongeluk, dan ben ik hiervoor als chauffeur hoofdelijk aansprakelijk en zal ik daar ook voor berecht worden.’
‘Ik kan me best voorstellen dat dat voor veel mensen storend is. We hebben hier alleen geen keuze in.’
Waarom is dat wettelijk zo vastgelegd? Richard: ‘Het is bedoeld om een zo veilig mogelijke situatie te creëren. En we doen het alleen wanneer er ook echt sprake is van een dringende situatie; dus iets waarbij iemand in levensgevaar is of er gevaar voor de omgeving is. De meldkamer maakt deze inschatting op basis van de melding die ze ontvangen. Alleen bij Prio 1 maken we gebruik van de sirenes en zwaailichten.’
Om de brandweer zo snel mogelijk ter plaatse te kunnen laten komen, zijn er tegenwoordig (bijvoorbeeld in Assen) ook veel stoplichten die automatisch voorrang geven aan deze voertuigen, mits ze beide signalen gebruiken.
De beste oplossing ligt natuurlijk in het zoveel mogelijk voorkomen van brand. Het ophangen en regelmatig controleren van rookmelders is dan het belangrijkste wat iedereen kan doen.
Chauffeurs van hulpverleningsvoertuigen mogen tijdens spoedritten met zwaailicht en sirene rijden. Zij mogen dan bijvoorbeeld door rood rijden of harder rijden dan de maximumsnelheid die ter plaatse geldt. In de praktijk blijkt dat chauffeurs dit ’s nachts lang niet altijd doen, om geluidsoverlast te voorkomen.
Uit een enquête van 2018 kwam naar voren dat 87 procent van de bijna 4000 geënquêteerde chauffeurs ‘s nachts niet altijd met zwaailicht en sirene reed tijdens spoedritten. Tijdens die ritten werd soms wel door rood of te hard gereden.
Mocht er een ongeluk gebeuren terwijl de chauffeur geen OGS (Optische- en Geluid-Signalen) gebruikte, dan is de chauffeur aansprakelijk. Om dit soort situaties te voorkomen, en om toch zo snel mogelijk ter plaatse te kunnen zijn bij de spoedeisende situaties, wordt gekeken naar het verlagen van het geluidsniveau van de sirene. Dit kan ertoe bijdragen dat de brandweer ook ’s nachts altijd de sirene gebruikt om zo veilig en snel mogelijk ter plaatse te kunnen zijn. Wij rekenen op uw begrip!
Altijd al eens willen weten hoe het is om als brandweer uit te rukken naar een incident? Rijd mee met een uitruk van de kazerne Baan in Rotterdam.